ARNHEM - De rechtbank spreekt een 25-jarige man uit Arnhem vrij van een poging doodslag. De man wordt ontslagen van alle rechtsvervolging van een poging zware mishandeling en vernielingen, door een geslaagd beroep op noodweer. De vordering tot schadevergoeding van het slachtoffer wordt hierom niet toegewezen.


Op 18 november 2021 kregen agenten een melding dat een persoon was aangereden door een voertuig op de Hommelseweg in Arnhem. De man die aangifte deed (hierna: aangever) verklaarde dat hij betrokken was bij een incident en woordenwisseling op de Sonsbeeksingel in Arnhem met een man die in een auto zat. Nadat aangever was weggelopen, kwam hij de man in dezelfde auto tegen op de Hommelseweg. Aangever liep van de stoep de weg op en wilde de confrontatie met de man aangaan. Aangever zag dat de bestuurder van de auto ineens sterk naar links stuurde en dat hij de auto op hem afstuurde. Aangever sprong omhoog en werd aangereden. Op camerabeelden is te zien dat aangever een voorwerp in zijn hand vasthoudt, dat ongeveer de grootte van een tablet heeft. Bij het naar links sturen beschadigde de man door de aanrijding een scooter en een auto.

Vrijspraak poging doodslag

Op basis van de videobeelden van het incident berekende de politie dat de man vlak voor het aanrijden van aangever met een indicatieve gemiddelde snelheid van 25 kilometer per uur reed. Gelet op de relatief lage snelheid van de auto op het moment van de aanrijding, en wegens het ontbreken van verdere concrete en specifieke informatie in het dossier, kan de rechtbank niet vaststellen dat er een aanmerkelijke kans bestond dat aangever door de aanrijding zou komen te overlijden. Hierom spreekt de rechtbank de man vrij van de poging doodslag.

De rechtbank vindt wel bewezen dat de man met zijn handeling opzet had op het zwaar verwonden van aangever door hem aan te rijden. Een voetganger is een kwetsbare deelnemer aan het verkeer. In zijn algemeenheid - als het tot een botsing komt tussen een voetganger en een personenauto - is de kans op zwaar lichamelijk letsel bij deze voetganger aanmerkelijk te noemen. Omdat de man naar links stuurde en daardoor op aangever afreed, aanvaardde de man die kans bewust. De rechtbank vindt bewezen dat de man geprobeerd heeft om aangever zwaar lichamelijk letsel toe te brengen.

Ontslag van alle rechtsvervolging

De rechtbank vindt verder dat er sprake was van een noodweersituatie, omdat aangever met een groot stuk steen van een kapotte plantenbak de confrontatie met de man wilde aangaan. Aangever liep versneld op de man af en maakte een begin van een gooiende beweging. Op het moment dat aangever met de steen op de man af kwam lopen was er sprake van een dynamische situatie: de man reed in een auto en aangever rende op de man af. De man reed in een relatief smalle straat waar ook andere verkeersdeelnemers waren. Op het moment dat aangever rennend en dreigend op de man afkwam, had de man een paar keuzes om zich aan de situatie te onttrekken. Deze keuzes moest de man binnen enkele seconden en onder veranderende omstandigheden maken. De rechtbank vindt dat de man zich niet zonder schade voor zichzelf, anderen of (andermans) goederen, aan de situatie kon onttrekken. Dat kon ook niet van de man verwacht worden. Rechts voor de auto van de man reed een fietser en rechts van de auto van de man zat een smalle stoep met kort daarop bebouwing. Aan de linkerkant van de auto van de man was op een moment een opening in de vorm van een leeg parkeervak en daarachter een verbrede stoep. Van de man kon niet verwacht worden om de steen tegen zijn auto te incasseren, vanwege het gevaar dat dit voor hemzelf en voor andere verkeersdeelnemers zou kunnen veroorzaken. Vanwege de dynamische situatie en het korte moment van nadenken kon van de man niet verwacht worden dat hij zou remmen en achteruit zou rijden.

De man bestuurde op het moment van de aanrijding een auto en kon op dat moment niet kiezen voor een ander verdedigingsmiddel. Daarom staat de keuze voor het verdedigingsmiddel en de wijze waarop het is gebruikt, in redelijke verhouding tot de ernst van de aanranding. De rechtbank vindt dat de man zich op noodweer kan beroepen en ontslaat hem van alle rechtsvervolging.